Vermaeten, Ellen - De vijand was mijn bondgenoot
Tolkamer, 10 mei 1940
Als zwarte, kolossale spreeuwen, samengevoegd tot een grote onheilspellende wolk, trekken midden in de nacht Duitse vliegtuigen Nederland binnen. In Tolkamer, slechts enkele kilometers verwijderd van de Duitse grens, breekt onmiddellijk de strijd los.
Voor de 15-jarige Heinz Vermaeten, samen met zijn ouders, broertjes en zusje snel weggekropen in de kelder, betekent dit het begin van een eindeloze strijd – eerst als soldaat in het leger van de vijand, en na de oorlog als krijgsgevangene, om weer veilig thuis te komen.
De Duitse familie Vermaeten was in 1926 bewust naar Nederland gekomen, omdat ze niets met het fascistische Duitse regime te maken wilden hebben. Maar ook daar bereikt zowel Heinz als zijn vader het bevel om in het Duitse leger te dienen.
Op 80-jarige leeftijd vertelt Heinz zijn al die tijd verzwegen belevenissen aan zijn dochter Ellen. Zij is vijf jaar bezig alles op te schrijven – het verhaal van een Duitse soldaat die tegen zijn zin moet vechten in het nazileger.
Na zijn opleiding in Duitsland wordt Heinz eerst naar het front in Rusland gestuurd, en later naar Italië, waar hij, voortdurend vergezeld van ontberingen en de dood, aan talloze gevaren ontkomt. Uiteindelijk belandt hij als krijgsgevangene in Egypte, waar hij bedreigd wordt door de vernietigende haat van de nazi’s.
Daarna begint zijn strijd om, zonder over het verafschuwde Duitsland te hoeven reizen, weer thuis te komen in Nederland. Als hij eindelijk – het is inmiddels 1948 – aan de Nederlandse grens staat, op slechts enkele kilometers van zijn ouderlijk huis, wordt hem alsnog de toegang ontzegd door een Duitser, die zich voordeed als vriend.
Een indrukwekkend verhaal over aspecten van de Tweede Wereldoorlog, waarover in Nederland niet veel bekend is.
Paperback, 336 pagina`s, ISBN:978 90 336 3457 4