broers en zussen van speciale en gewone kinderen
Een broer of zus van een speciaal kind loopt het risico problemen te ontwikkelen, maar kan ook profiteren van deze bijzondere ervaring. Dit boek vertelt hoe. Broers en zussen in een gezin hebben veel invloed op elkaars ontwikkeling en gedrag. In een gezin met een speciaal kind kan deze invloed nog intenser zijn dan anders. Hoe werkt dit precies en hoe kun je hier als ouder of hulpverlener het best mee omgaan? In dit boek vertaalt kinderpsychiater Frits Boer actuele wetenschappelijke inzichten naar waardevolle praktische adviezen. Ten minste een derde van alle kinderen groeit op als broer of zus van een speciaal kind. Die uitdrukking wordt gebruikt voor kinderen die lichamelijke of psychische problemen hebben, of kinderen die kampen met verstandelijke, motorische of zintuiglijke beperkingen. Broers en zussen van speciale kinderen zijn in de eerste plaats gewoon broers en zussen. Daarom begint dit boek met een overzicht van de broer-zusrelatie in het algemeen en gaat daarna dieper in op onder andere rivaliteit, loyaliteit, de plaats in de kinderrij, en conflicten. Daarna worden broer-zusrelaties bij specifieke aandoeningen bij kinderen besproken, zoals ADHD, autisme, emotionele stoornissen, cognitieve beperkingen, kanker, chronische ziekten en handicaps, waaronder zintuiglijke beperkingen. Wat zijn de gevolgen hiervan voor de gezinsrelaties' Ten slotte wordt beschreven welke hulp mogelijk is wanneer broers of zussen van speciale kinderen zelf problemen krijgen. Een speciaal kind werkt als een vergrootglas. De veranderingen die zich voordoen in een gezin met een speciaal kind versterken de gewone processen. Dit maakt Broers en zussen voor speciale en gewone kinderen zeer geschikt voor iedereen die - vanuit persoonlijke interesse of vanuit diens beroep - meer wil weten over broers, zussen, hun relatie en de betekenis ervan.